BROEK IN WATERLAND - De politieambtenaren die betrokken waren bij het (schiet)incident in het weiland bij Broek in Waterland, waarbij één van de overvallers gewond raakte, worden definitief niet strafrechtelijk vervolgd. Dat beslist de beklagkamer van het gerechtshof Amsterdam vandaag.

Gewapende overval

Op 19 mei 2021 was er een gewapende overval in Amsterdam. Bij de politieachtervolging tot in een weiland bij Broek in Waterland raakten kogels van de politie één van de overvallers, een politiehond beet hem in zijn arm. De overvaller liep daardoor letsel en medische complicaties op. Toen het Openbaar Ministerie (OM) besloot de betrokken politieambtenaren niet te vervolgen hiervoor wendde de overvaller zich tot de beklagkamer van het gerechtshof Amsterdam. Hij voerde onder meer aan dat de rechtbank bij haar uitspraak van 3 april 2023 vast heeft gesteld dat hij slechts de rol van chauffeur vervulde en niet met een vuurwapen heeft geschoten.

Rijksrecherche

Als de politie een vuurwapen inzet en iemand daarbij gewond raakt of om het leven komt, dan onderzoekt de Rijksrecherche dit onder leiding van het OM. De Rijksrecherche hoorde na dit incident alle betrokken politieambtenaren. Zij verklaarden allemaal dat ze ter plaatse gingen met de informatie dat er gericht op de politie werd geschoten met automatische vuurwapens. De politieambtenaren die gebruik maakten van hun vuurwapen, verklaarden dat zij een dreiging voelden voor zowel zichzelf, de collega’s als voor omwonenden. Op basis van alle feiten en omstandigheden concludeerde het OM dat het optreden van de politie gerechtvaardigd was.

Oordeel hof

Het gerechtshof oordeelt nu dat de politie in deze situatie op verantwoorde wijze politiegeweld heeft toegepast. Bekend bij hen was dat overvallers betrokken waren bij een zwaargewapende overval en meerdere keren met zware vuurwapens schoten. De rol van de klager bij de overval was op dat moment nog niet bekend bij de politie. Dat de rechtbank Amsterdam nadien vaststelde dat klager enkel de rol van chauffeur van een van de vluchtauto’s vervulde en zelf niet schoot doet daar niet aan af. De inzet van de politiehond vond plaats binnen de op dat moment daarvoor geldende juridische kaders. Het hof wijst het beklag daarom af.